Giro d'Italia: de 20 meest recente kampioenen
2022 was een bijzonder jaar voor het Australische wielrennen. Het land mocht niet alleen het WK organiseren, maar ook zijn eerste Giro-winnaar ooit vieren. Jai Hindley was de naam, BORA-hansgrohe de ploeg. Een editie voor de Australische en internationale geschiedenisboeken.
Een jaar eerder had Egan Bernal zijn grote talent nog maar eens laten bewonderen. De Colombiaan bevestigde daarmee al het goede uit de Tour van 2019. Begin 2022 werd de renner van INEOS Grenadiers het slachtoffer van een zwaar verkeersongeval. Hij vecht momenteel nog altijd om zijn oude niveau te bereiken.
Een naam die bij veel renners langer zou zijn dan hun palmares, maar niet bij Tao Geoghegan Hart. De Brit was de beste in de Giro van 2020 en won ook het jongerenklassement. De bevestiging van al dat goede bleef sindsdien wel uit.
De beste Ecuadoriaanse renner ooit. Zonder twijfel. Carapaz zette zijn land in 2019 op stelten door in dienst van Team Movistar onverwacht de Giro te winnen. Pakte daarna nog de Ronde van Zwitserland in 2021 en werd olympisch kampioen op de weg in Tokio.
Een naam die op de erelijstjes van alle grote rondes voorkomt. Froome zette de Giro van 2018 naar zijn hand en vulde daarmee een grote leemte op zijn al indrukwekkende palmares, met daarop onder meer vier Tourzeges.
Een Nederlandse held. Tom Dumoulin werd in 2017 de eerste Nederlandse eindwinnaar van de Ronde van Italië. De geboren Maastrichtenaar werd dat jaar ook wereldkampioen tegen de klok. Dumoulin stopte in augustus 2022 met onmiddellijke ingang met wielrennen.
Het Italiaanse wielerlegioen kraaide in 2016 van pret toen Vincenzo Nibali voor de tweede keer de Giro won. De 'Haai van Messina' had de trofee ook al in 2013 op zak gestoken. Daar zou het bij blijven.
Alberto Contador won de Tour (2x), de Vuelta (3x) én de Giro (2x). Die laatste grote ronde won hij voor het laatst in 2015 en voor het eerst in 2008. Zonder twijfel een van de groten in het grote rondewerk.
Nairo Quintana is een legende in zijn thuisland Colombia. Niet alleen door zijn prestaties in de Tour en de Vuelta, maar zeker ook door zijn Giro-eindzege van 2014. 'Nairoman' pakte toen ook de jongerentrui.
Met een naam als Ryder Hesjedal moet je wel goed met de fiets kunnen rijden. En dat deed de Amerikaan in 2012 als geen ander. Hesjedal veroverde Italië en bleef Joaquím Rodríguez en een beresterke Thomas De Gendt voor het in het algemeen klassement.
Veel Italiaanser komen ze niet, de namen. Michele Scarponi droeg in 2011 geen enkele keer de roze trui, maar werd toch uitgeroepen tot winnaar. Aan de basis lag een diskwalificatie van Alberto Contador voor een dopinggeval het jaar voordien. Scarponi schoof zo volledig onverwacht op naar de nummer 1.
Ook in 2011 was Italië aan het feest. Deze keer was het Ivan Basso die mocht zegevieren. De Noord-Italiaan won dat jaar zijn tweede Giro (na 2006) en gaf de Italiaanse achterban reden tot vieren. Basso zou daarna geen enkele andere grote ronde meer winnen.
De enige Rus in dit lijstje. Denis Mensjov had in 2007 de Vuelta al gewonnen en focuste zich in 2009 op de Giro. Met succes. De ex-renner van het Nederlandse Rabobank hield in Rome 3'46" over op tweede Carlos Sastre.
In 2007 trok Danilo Di Luca de Giro naar zich toe. De ex-coureur uit de provincie Pescara won twee etappes en bracht het grootste deel van de rittenkoers door in het roze. Met Milaan in zicht kwam de trui niet meer in gevaar.
In 2005 boekte Paulo Savoldelli zijn tweede van twee eindzeges in de Giro. De meesterdaler met de bijnaam 'Il Falco' ('De Valk') versloeg Gilberto Simoni en José Rujano en won één rit. De ex-renner zou daarna nooit meer op het hoogste schavotje staan van het eindpodium.
Damiano Cunego was in 2002 pas 24 toen hij de Giro won. 'Il Piccolo Principe' ('De Kleine Prins') reed toen voor Saeco, waar hij aan het einde van datzelfde jaar zou afzwaaien. Cunego won later in carrière nog de Amstel Gold Race en de Ronde van Lombardije (3x), maar een tweede grote rondesucces bleef uit.
2003 was, net als 2001, het jaar van Gilberto Simoni. De Italiaan had bij aankomst in Milaan een voorsprong van meer dan zeven minuten bijeengefietst op eerste achtervolger Stefano Garzelli. Die naam was een jaar eerder al bijgeschreven op de erelijst van La Corsa Rosa.
Garzelli fietste zich in 2001 de Italiaanse wielerlegende in. De Lombardiër wachtte geduldig af om het roze te pakken, maar sloeg uiteindelijk toe in de tijdrit op de voorlaatste dag. Francesco Casagrande was het kind van de rekening.
Ook Ivan Gotti droeg bij tot de grote Italiaanse Giro-successen rond de decenniumwissel. Gotti won zijn eerste Giro in 1997 en zou daar twee jaar later nog een eindzege bovenop doen. Hij mocht daar wel Marco Pantani voor bedanken, die twee dagen voor aankomst in Milaan werd uitgesloten op verdenking van dopinggebruik.
Marco Pantani had toen al de Giro van 1998 op zak gestoken. De betreurde renner uit Cesena won datzelfde jaar ook nog de Ronde van Frankrijk, maar zou later in zijn leven ten onder gaan aan depressies en drugs. 'Il Pirata' werd slechts 34.