Freddie Mills, de Britse boksheld die 8 vrouwen vermoord zou hebben
Voor velen was de Britse bokser Freddie Mills een nationale held. Hij belichaamde het harde karakter en het doorzettingsvermogen van het naoorlogse Groot-Brittannië dat zo veel vijanden moest overwinnen, ook als die beduidend groter, sterker en sneller waren. Er wordt ook beweerd dat Mills meer was dan alleen een bokser.
Mills werd door Michael Litchfield, een voormalig misdaadschrijver voor The Sun, beschuldigd als een seriemoordenaar die achter de dood van acht vrouwen in de jaren '60 zat.
De moordenaar, die 'Jack the S t r i p p e r' werd genoemd omdat de lichamen zonder kleding werden gevonden, is nooit gepakt.
Volgens Litchfield bekende Mills zijn misdaden aan de hoofdonderzoeker van de misdaden, John du Rose, omdat ze allebei lid waren van de vrijmetselarij.
Er waren minstens acht slachtoffers van Jack the S t ripper, met lichamen die langs de rivier de Theems in Hammersmith, West-Londen, werden gevonden.
Freddie Mills werd geboren in 1919 en klom langzaam maar zeker op in de Britse bokswereld. Hij won gevechten met zijn beroemde agressieve stijl en zijn vermogen om tegen een stootje te kunnen.
In 1942 vocht Mills voor 30.000 fans op White Hart Lane in Tottenham om de Britse titel in de klasse lichtzwaargewicht te winnen.
Mills was heel duidelijk: hij wilde een kans op de wereldtitel, wat resulteerde in een gevecht tegen de Amerikaanse vechter Gus Lesnevich, maar gezien Mills' verplichtingen bij de Royal Air Force tijdens de Tweede Wereldoorlog zou dit gevecht enige tijd op zich laten wachten.
In Mills' eerste kans op een wereldtitel verloor Mills in een hard gevecht van Lesnevich, ondanks dat het gevecht plaatsvond op Mill's geboortegrond.
In 1948, zo'n drie jaar na hun vorige gevecht, vochten Mills en Lesnevich opnieuw. Deze keer wist Mills ten overstaan van 46.000 fans in het White City Stadium in West-Londen de overwinning te behalen door Lesnevich te verslaan met zijn brute kracht en agressie.
Pas vijf jaar later, op 30-jarige leeftijd, besloot Mills zijn bokscarrière te beëindigen. Nadat hij zijn handschoenen aan de wilgen hing, gebruikte hij zijn roem en bekendheid om zaken te gaan doen: hij opende een restaurant en investeerde in vastgoed.
In deze tijd werd Londen geregeerd door verschillende bendes en criminele netwerken. Niemand was beruchter dan de Kray-tweeling, Ronnie en Reggie, die met hun brute geweld in de jaren 1950 een prominente positie verwierven. Mills was in de jaren 50 en 60 goed bevriend met Ronnie.
Ronnie Krays ex-vrouw Kate beweerde: "Ronnie en Freddie waren erg goede vrienden. Zo goed zelfs dat veel mensen geloofden dat ze geliefden waren. Ik vroeg Ron daarnaar voordat hij stierf en hij vertelde me dat daar niets van waar was."
Op 24 juli 1965 werd Mills dood aangetroffen in zijn auto, met een kogel door zijn rechteroog. Er bestaan veel theorieën over zijn dood, maar de politie oordeelde dat hij zichzelf van het leven had beroofd. Anderen suggereren dat hij was vermoord door Chinese gangsters die een nachtclub wilden overnemen die Mills runde.
Voormalig gangster Jimmy Trippet gelooft dat Mills zichzelf doodschoot omdat "Freddie vreesde dat de politie hem op de hielen zat voor de moorden en besloot liever zijn eigen leven te nemen dan terecht te staan. Hij had blijkbaar al een tijdje last van duizelingen en vlagen van depressie." Dit ondersteunt de theorie van Litchfield dat Mills 'Jack the S t ripper' was.
Trippets vader Jimmy Sr. was een tijdgenoot van Mills, hij bokste in dezelfde gewichtsklassen en verkeerde in dezelfde kringen. Jimmy Jr. zei over het tweetal: "In die tijd waren de leden van de boksbroederschap als een soort vrjimetselarij. Veel mensen die dicht bij hem stonden, inclusief mijn vader, willen nog steeds niet praten over wat er precies gezegd is in die tijd, en degenen die dat wel doen, willen niets officieel zeggen."
Gezien de tijd die verstreken is, is het onwaarschijnlijk dat we ooit sluitend bewijs zullen krijgen of Freddie Mills een seriemoordenaar was of niet. Gezien zijn dood en de omstandigheden eromheen, kunnen we niets echt uitsluiten.