Tour de France: de meest legendarische momenten ooit

De Tour de France is de meest legendarische wielerwedstrijd ter wereld. La Grande Boucle heeft een rijke geschiedenis, met elk jaar de beste renners die strijden om de gele trui. Dit zijn enkele van de meest iconische momenten ooit in de Tour de France!

De Tour is synoniem met de beroemde gele trui, die gedragen wordt door de leider in het algemeen klassement. Hoewel de eerste editie van de wedstrijd plaatsvond in 1903, werd de gele trui pas in 1919 geïntroduceerd.

De Fransman Eugène Christophe was de allereerste renner die de gele trui mocht dragen. Toenmalig koersdirecteur Henri Desgrange vond dat de leider in het klassement herkenbaarder moest zijn en zo werd de beroemde trui geïntroduceerd. De gele kleur verwees naar de Franse krant L'Auto, die de Tour destijds organiseerde en geel papier gebruikte.

De Tour was in zijn lange geschiedenis het decor van ontelbare epische gevechten. Een van de meest memorabele duels was dat tussen Jacques Anquetil en Raymond Poulidor in de editie van 1964.

Anquetil had de Tour gewonnen in 1957, 1961, 962 en 1963, wat hem ook de grote favoriet maakte voor 1964. Rit 20 van de editie van dat jaar voerde het peloton van Brive naar de pittige Puy de Dôme.

Poulidor was in 1964 op zoek naar glorie in de Tour en begon aan de klim met een achterstand van 56 seconden in het algemeen klassement op Anquetil. Poulidor gaf alles en wist in de laatste 1.500 meter weg te rijden. Anquetil verzette hemel en aarde om zijn achterstand te beperken en behield uiteindelijk een voorsprong van 14 seconden op Poulidor in het klassement, die hij later nog uitbreidde tot 55 seconden. Genoeg om zijn vijfde Tour te winnen.

Een paar jaar later werd de Tour de France opgeschrikt door het overlijden van de Brit Tom Simpson.

Tijdens rit 13 van de Tour van 1967 viel Simpson vlak bij de top van de beruchte Mont Ventoux van zijn fiets. De renner wilde doorrijden, maar viel kort daarna opnieuw, zakte in elkaar en werd naar het ziekenhuis gebracht, waar hij nog dezelfde dag overleed.

Simpson stierf naar verluidt aan een mix van amfetaminen, alcohol, hitte-uitputting en uitdroging. Zijn dood wordt herdacht met een gedenkteken vlak bij de top van de Mont Ventoux, dat een toevluchtsoord is geworden voor fietsers uit de hele wereld.

Eddy Merckx wordt algemeen beschouwd als de grootste wielrenner aller tijden. De Brusselaar was een specialist in de klassiekers, maar blonk ook uit in de Tour, die hij vanaf 1969 zou domineren.

1969 was het begin van de heerschappij van Merckx, die dat jaar zijn eerste Tour won. 'De Kannibaal' bereikte Parijs met een voorsprong van 17' 54" op Roger Pingeon. Raymond Poulidor eindigde als derde in het algemeen klassement.

Merckx zou ook de volgende jaren zegevieren en de Tour winnen in 1970, 1971 en 1972. Maar het was zijn triomf in 1974 waarmee hij zijn naam pas echt in de geschiedenisboeken van het wielrennen zou schrijven.

Merckx won de editie van dat jaar en evenaarde het legendarische record van Anquetil van vijf eindzeges. Maar hij wilde meer.

In 1975 mikte Merckx op zijn zesde eindzege in de Tour en wilde hij de enige recordhouder worden. De wedstrijd ging echter niet precies zoals hij had gepland.

Merckx was dat jaar op weg naar zijn zesde Tour-triomf toen een Franse toeschouwer uithaalde naar de Belg en hem in de lever raakte. Na het incident bereikte de Fransman Bernard Thévenet Parijs in de gele trui en werd Merckx tweede.

Alpe d'Huez is een van de meest epische beklimmingen in Frankrijk en was door de jaren heen het decor van iconische duels. Een van de hevigste ging tussen Greg LeMond en Bernard Hinault.

In de Tour van 1986 gingen de Amerikaan en de Fransman de strijd met elkaar aan voor het klassement, wat leidde tot een zwaarbevochten strijd op Alpe d'Huez. De twee reden samen over de finish en Hinault won de etappe. LeMond zou de Tour van dat jaar echter winnen en ontnam Hinault zo een zesde eindzege in La Grande Boucle.

LeMond zou de Tour in zijn carrière nog twee keer winnen, met als meest legendarische overwinning die in 1989.

Tweevoudig winnaar Laurent Fignon ging de tijdrit op de laatste dag in met een voorsprong van 50 seconden in het algemeen klassement, maar LeMond keerde de situatie nog spectaculair om en won de Tour met acht seconden voorsprong. Dat is tot op de dag van vandaag nog steeds de kleinste winstmarge ooit in de Tourgeschiedenis.

Ook Marco Pantani is een Tour-legende. De Italiaan won de editie van 1998, maar drukte ook het jaar daarvoor al zijn stempel op de Franse rittenkoers.

In rit 13 vloog Pantani naar boven op Alpe d'Huez. Hij haalde iedereen in en liet al zijn tegenstanders achter zich in een tijd van 37 minuten en 35 seconden, een record dat tot op de dag van vandaag nog steeds op de tabellen staat.

Pantani zou daarna de eindwinst pakken in 1998, een Tour-editie die werd getekend door het dopingschandaal de 'Festina-affaire'.

Voor de start van de wedstrijd werd de Belgische fysiotherapeut Willy Voet, die op dat moment voor de Franse ploeg werkte, aan de Frans-Belgische grens betrapt met dopingproducten. Het zou het begin zijn van een reeks chaotische gebeurtenissen die nog jaren hun sporen zouden nalaten in de wielersport

Een andere controversiële figuur in de Tour-geschiedenis is Lance Armstrong. De Amerikaan kwam terug na teelbalkanker en won de Tour zeven keer, hoewel hij al die overwinningen verloor vanwege dopinggebruik.

Zijn meest historische eindzege was zijn zesde, waarmee hij het gedeelde record van Jacques Anquetil, Eddy Merckx, Bernard Hinault en Miguel Indurain verbeterde. Armstrongs record staat echter nog steeds ter discussie.

Chris Froome is ongetwijfeld een van de beste renners van de afgelopen decennia. De Brit won de Tour maar liefst vier keer, maar tijdens de editie van 2016 - die hij won - moest Froome op meer vertrouwen dan alleen zijn wielerbenen.

Toen Richie Porte op de hellingen van de Mont Ventoux tegen een motor reed, ging Froome samen met de Australiër en de Nederlander Bauke Mollema onderuit. Froomes fiets raakte daarbij beschadigd, waarna hij geen andere optie zag dan de mythische berg op te rennen. Kort daarna kreeg Froome echter een reservefiets, maar het beeld van de sprintende gele trui staat voor altijd in het geheugen van wielerfans gegrift.

Een van de meest spectaculaire momenten van de afgelopen jaren vond plaats in de Tour van 2021. Primoz Roglic van Team Jumbo-Visma begon aan de tijdrit op de voorlaatste dag met wat een comfortabele voorsprong van 57 seconden leek.

Tadej Pogacar, de grootste concurrent van Roglic, slaagde er echter nog in om de situatie om te keren. De renner van UAE Team Emirates had een superdag op de fiets, terwijl Roglic maar tijd bleef verliezen, waardoor Pogacar de Tour op spectaculaire wijze won op de iconische La Planche des Belles Filles.